Knikkeren in het potje, de spelregels

Knikkeren in het potje, de spelregels

Knikkeren is één van de oudste spelen die er bestaan en was al bekend in de oudheid! Er bestaan dan ook honderden soorten spelletjes met knikkers. Elke streek, zoniet elk dorp en elke school heeft eigen spelregels en varianten. De vraag: "wat zijn de spelregels om te knikkeren?" is dus niet zo simpel te beantwoorden. Toch probeer ik vandaag deze vraag te beantwoorden.

Het klassieke knikkeren, wat wij ook wel knikkeren noemen, gebeurt in Nederland en België meestal
met een kuiltje in een rechthoekig speelveld, ook wel "knikkeren in het potje", "kuiltje schieten",
"knikkerpotje vullen" of in het buitenland "puggy" genoemd. De regels waar we het nu over gaan
hebben worden ook wel gebruikt bij de kampioenschappen bij het NK Knikkeren.

De spelregels:

Het veld wat wordt gebruikt is ongeveer 1,5 bij 3 meter met een kuiltje van ongeveer 2/3 lengte.
Daarnaast teken je een gooilijn. Dit is ongeveer 4 tot 6 meter van het kuiltje af. Natuurlijk valt dit te
bepalen in hoeverre je ervaring hebt met knikkeren. Ook wordt er vooraf bepaald met hoeveel
knikkers er wordt gespeeld. Bij het NK knikkeren bijvoorbeeld, worden er meestal 5 knikkers
gebruikt. Meestal wordt er gespeeld met knikkers met een diameter van 16 mm.

Om te bepalen wie mag beginnen gooit elke speler een knikker in de richting van het putje. Diegene
die de knikker het dichts bij het kuiltje gooit, mag beginnen. Echter, mag de knikker dan niet in het
kuiltje liggen.

Vervolgens proberen de spelers om de beurt een knikker in het putje te rollen. Als dit lukt, dan mag
de speler nog een keer. Nieuwe knikkers worden vanaf de gooilijn gerold, de knikkers die al in het
veld liggen, worden gegooid vanaf het punt waar ze liggen. Zijn er knikkers uit het speelveld gerold?
Dan moeten deze terug gelegd worden op het punt waar ze eruit zijn gerold.

De speler die de als eerste al zijn knikkers in het putje kan rollen is de winnaar en mag alle knikkers uit het putje houden. Ook vallen er natuurlijk andere prijzen te bedenken zoals bijvoorbeeld een grote knikker of een handgemaakte knikker.


Varianten:

Heb je geen knikkerputje in de buurt? Dan kan je ook mikken naar een kleine cirkel die je hebt afgetekend of naar een bepaalde tegel.

Ook zijn er nog verschillende soorten varianten op het klassieke knikkeren. Twee bekende varianten zijn:

  • Ketsen: Bij het ketsen gaat het erom dat de knikker door een andere knikker het potje in geduwd wordt. Een knikker mag dus niet rechtstreeks door een speler in het potje gerold worden.
  • Muurketsen: Bij muurketsen mag de knikker niet rechtstreeks in het kuiltje gemikt worden maar moet de knikker eerst een muur raken voor hij in het potje terechtkomt.

 

In Groot-Brittanië en de Verenigde Staten wordt er gespeeld in een grote cirkel zonder kuiltje. Dit spel, bekend als "Ring Taw" of "Ringer", wordt daar aanzien als het klassieke knikkerspel.

Wij slaan cookies op om onze website te verbeteren. Is dat akkoord? Ja Nee Meer over cookies »